Voor hem

Mijn hemel, wáár ben ik aan begonnen! Dit gaat een lastige worden. Weet je waarom? Deze column gaat over een jongen. En dan niet zomaar een jongen. Nee, een jonge god. In een strakke Speedo. Ik zie hem iedere dag. Hij mij ook. We trainen samen. Dan ligt zoiets gevoelig, snap je?

Het is een ode. Een ode aan hem. Hij, met z’n gespierde lichaam , dansend door de golven. Ik ken mijn klassiekers; Van Veldeke, Shakespeare. Maar zelfs de befaamdste poëzie haalt het niet bij zijn verschijning.

Glurend van onder mijn zwembrilletje zie ik hoe zijn gestroomlijnde gestalte zich vanuit het water opdrukt op de badrand. Waterdruppels schitteren als kristallen all over zijn gebruinde huid. De lekkerste Davidoff ‘Cool Water’ reclame schiet tekort. En meer meiden kijken, dat weet ik.

Ten midden van de tropische temperaturen in het Pieter van den Hoogenband Zwemstadion tel ik de blokjes op zijn buik. Met een snelheid en behendigheid waar zelfs Chuck Norris van zou dromen, glijdt hij onderlangs het wateroppervlak. ‘Er zijn geen woorden meer, geen woorden meer, voor jou.’ Liefdesliedjes. Jazzpolitie, zoek maar op.

En dan ben ik daar, de romanticus. Ik zie het als een uitdaging, nog nooit heb ik me gewaagd aan dit soort heldenproza. Of liefdeslyriek, hoe je het ook wilt noemen. Maar deze kon niet uitblijven. Hij is een ladykiller. Wij, zwemsters, denken dat hij Cupido meedraagt onder zijn badmuts. Iedere baan is een schot in de roos. Hij heeft ons geraakt, ons allemaal.

En nu raak ik hém – met een knipoog.

Het was een tijdje terug bij onze training, dat deze column al ter sprake kwam. Of liever gezegd, het onderwerp ervan. Ik vroeg een aantal van mijn teamgenoten waar ik over zou moeten schrijven. Opvallend genoeg waren er verschillende heren die daarop unaniem antwoordden met ‘over mij’. En ik dacht, waarom ook niet? Want stiekem zijn jongens best wel ijdel.

 

Toch boys?

Nog geen reacties.

Geef een reactie